Hoe een hangbuikzwijn mij een week lang structuur gaf

Zondagochtend 7 februari word ik wakker in een witte wereld. Alles is bedekt met een dikke laag sneeuw. Ik trek wat warms aan en loop naar Eef, de vriend van m’n moeder, die een paar huizen verderop woont. Bij aankomst verteld Eef mij dat Bep, het hangbuikzwijn, niet uit haar hok komt en niet wilt eten. Bep is altijd in voor eten dus dit is niet goed, is het eerste wat ik denk. Ik ren de wei in en spring over het hek. In het houten hutje tref ik haar aan. Wit van het ijs. Bep is normaal gesproken erg angstig en schrikkerig. Je kunt niet heel dichtbij komen en haar absoluut niet aanraken. Maar nu leek ze wel door de kou bevangen. Er was geen leven in te vinden, zelfs haar ‘allert-sensoren’ leken uit te staan. Al roepend naar Eef wrijf ik het ijs eraf en probeer ik haar ‘wakker’ te schudden. Nadat ik het ijs zo goed als van haar af heb gewreven hoor ik een zachte knor. Ze leeft nog. 

Omdat we haar, door de trauma’s die ze heeft, niet naar de schuur binnen kunnen verhuizen, besluiten we schuine latten tegen haar hokje te timmeren om de wind en sneeuw buiten te houden. Daarnaast haal ik een verse lading stro die ik als een deken over haar heen leg. Aangezien er een extreem koude winterweek aankomt, besluit ik iedere ochtend, middag en avond naar haar toe te gaan. Iedere ochtend krijgt ze warme melk met brokken, in de middag brood met brokken en in de avond brokken en een verse lading stro. Tevens geef ik haar op deze drie momenten lauw drinkwater. Dag naar dag leeft ze weer op tot de oude Bep, de Bep zoals ik haar ken. 

Structuur
Vandaag, 15 februari, besef ik eigelijk pas wat het beeld van hoe ik haar vorige week zondagochtend aantrof met mij heeft gedaan. Bep is afhankelijk en alleen. Ik verplaatste me in het dier en voelde medelijden. De drang om voor haar te zorgen heeft gezorgd voor structuur in mijn dag.

Door haar stond ik iedere ochtend rond 9.00 langs haar hok om te checken of ze er nog was en of ze wat wilde eten en drinken. Dit herhaalde ik iedere middag rond 13.30. Ook in de avonduren, net voor het donker rond 18.00, ging ik langs. Ik zorgde voor haar avondeten en een warm holletje voor de koude nacht. 

Route
Op bovenstaande tijdstippen, liep ik onderstaande route. Van mijn huis op Zandstraat 148, naar nummer 157 tot het hok van Bep. Drie keer per dag, heen en terug.

Designmethode
Deze structuur, deze 6 dagen waarin ik 3x per dag voor Bep zorgde heb ik omgezet in een designmethode. Een methode bestaande uit drie regels:

  1. Kies een woord dat de hele situatie samenvat.
  2. Kies een materiaal passend bij deze situatie.
  3. Maak van deze onderdelen een 1:1 (vierkant) typografisch ontwerp.

Het woord dat ik kies is ‘zorgen’ en het materiaal de brokken die ik Bep 3x daags voerde. Met deze brokken én de route die ik 3x per dag aflegde om naar Bep te gaan, heb ik onderstaande ontwerp samengesteld.